Click here for English
Wat is echt, en wat is nep? Deze vraagt houdt Jason Dolman (1996) al bezig sinds hij als kind in Las Vegas een replica van de Eiffeltoren zag. Het origineel in Parijs had hij nog nooit gezien. Uit zijn fascinatie voor authenticiteit werd Victor Crepsley geboren, zijn alter ego dat net iets gedurfder en theatraler is dan hijzelf. Crepsley is een soort ekster, hij houdt van glimmende spullen en felle kleuren. Hij struint kringloopwinkels, feestwinkels en het internet af en verzamelt er dingen die zijn aandacht trekken. Dat zijn vaak voorwerpen en beelden die te maken hebben met popcultuur en massaconsumptie: plastic speelgoed, snoep, video stills uit sciencefictionfilms. In collages en sculpturen smelt hij zijn vondsten samen. Zo levert hij ironisch commentaar op de overdaad van hedendaagse beeldcultuur.
Bij Prospects toont Crepsley een serie nieuwe sculpturen gebaseerd op dinosauriërkoppen. Ze zijn gemaakt naar afbeeldingen die de kunstenaar op internet vond, digitaal vervormde, en met een 3D-printer printte. Hij presenteert ze samen met twee oudere, collageachtige sculpturen waarin hij onder andere waterpistolen en een autolamp verwerkte.
Crepsley gaf zijn dinohoofden felle kleuren. Die verwijzen naar de verbeelding van dinosauriërs in tekenfilms en kinderspeelgoed, en geven de sculpturen iets gelikts en eigentijds. Voor Crepsley gaan ze echter ook over de fascinatie voor en verlangen naar het verleden, en over de willekeur van de tijd waarin je geboren bent. “Voor hetzelfde geld was ik miljoenen jaren geleden iets,” zegt hij. In plaats daarvan is hij een ‘zillennial’, iemand die tussen millennials en Gen-Z inzit.
Tekst: Sarah van Binsbergen